De MatriXmethode van Ingrid Stoop® en de wetenschap

Voorwoord

Ontwikkelaar Ingrid Stoop is elke dag bezig in het NU en heeft weinig oog voor de toekomst.

Ze vraagt zich niet af waarom haar methode tot zoveel tevreden klanten leidt. Als het zo goed werkt, dan zijn de mensen ermee geholpen.

Ook leest ze vrijwel geen boeken over de psychologie en de vele therapeutische benaderingen die er zijn. Dat doet ze bewust, omdat ze haar focus op haar eigen methode wil houden. En dat ze uit de praktische toepassing van de MatriXmethode voldoende feedback krijgt van haar hulpvragers om haar gedachtegoed verder te verscherpen en te ontwikkelen.

De wijsheid haalt ze niet uit de boeken, maar uit de praktijk. Ze deelt haar kennis met veel professionals, ze heeft een missie: iedereen de eigen regie over de eigen leer- en denkprocessen processen in het eigen hoofd.

Haar kennis in woorden uitdrukken is lastiger te delen, omdat je dan buiten de bestaande kaders moet denken. Daarom laat ze het professionals kort ervaren en dan worden de werkzame componenten beter begrepen.

Zo ook met een Hoogleraar van de Open Universiteit die in 2018 een ervaringscoaching kreeg en zo verrast was over het resultaat dat ze vroeg of wij de MatriXmethode wetenschappelijk wilden laten onderzoeken.

Dat is de aanzet geweest van vijf jaar (doorlooptijd) studie vanuit de Open Universiteit en drie onderzoeken over de MatriXmethode.

Over de drie wetenschappelijke onderzoeken

• 1. Verkenningsstudie 2019

In het eerste onderzoek heeft MSc Rieteke Hut in 2019 een verkenningsstudie uitgevoerd van de MatriXmethode toegepast op de verwerking van trauma gerelateerde herinneringen en toekomstbeelden. Een deelonderzoek was een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd ten behoeve van de wetenschappelijke duiding en onderbouwing van de MatriXmethode.

Ook wordt een vergelijking gemaakt van de MatriXmethode en de evidenced base technieken EMDR, ACT en ImRs waarbij de overeenkomsten worden benoemd maar ook de unieke elementen van de MatriXmethode. De werkwijze van de MatriXmethode laat vooral overeenkomsten zien met Perceptuele ImRS, waarbij het updaten van het geheugen tijdens reconsolidatie het werkzame mechanisme is.

Bij de MatriXmethode wordt gewerkt met meer perceptuele modaliteiten naast het zien en horen wordt ook nog gebruikt voelen, ruiken en proeven en als gedachten ook van invloed zijn dan worden die ook gereconcilieerd.

• 2. Kwalitatief onderzoek 2020

Vervolgens heeft MSc Rieteke Hut in 2020 een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar de werkwijze en de werkzame elementen
Beschrijving werkwijze MatriXmethode bij traumaverwerking. De vijf inhoudelijke en de vijf praktisch werkzame elementen worden benoemd en onderbouwd.

• 3. Pilotstudie 2024

Het sluitstuk is de internationale wetenschappelijke publicatie van PhD Ellin Simon (2024) in journal of behavior therapy and experimental psychiatry An imagery rescripting based intervention in children and adolescents who endured a negative life event: A pilot study, satisfaction and feasibility survey.

Deze pilotstudie onderzocht het gebruik van Imagery Rescripting (ImRs) als interventie voor kinderen die negatieve levensgebeurtenissen hebben meegemaakt. Het doel was om emotionele veranderingen op de korte termijn, de tevredenheid van de deelnemers en de haalbaarheid van een grootschaliger ImRs-interventie voor kinderen te beoordelen.

De toepaste interventie, de MatriXmethode, is gebaseerd op imagery rescripting (ImRs en bestaat achtereenvolgens uit het selecteren van de doelen, het in beeld brengen van het aversieve beeld, het identificeren van de aspecten van het beeld die veranderd moeten worden en het activeren van het veranderde beeld.

De interventie wordt aangepast aan de ontwikkelingsbehoeften van kinderen. Dat wil zeggen dat de coach korte en gemakkelijke zinnen gebruikte en de ImR’s met eenvoudige en speelse instructies aanbood. In elke sessie van de MatriXmethode ligt de focus op één specifieke negatieve gebeurtenis.

Deze gebeurtenis kan een gebeurtenis in het verleden zijn, maar ook een gebeurtenis in de toekomst. In dit onderzoek werd slechts één sessie per kind (n=35) geëvalueerd.

De kinderen die gecoacht werden rapporteerden onmiddellijk na de interventie significante verbeteringen voor alle emotionele toestanden, met grote effecten voor angst, verdriet en geluk, en een matig effect voor woede. Over het algemeen rapporteerden de kinderen een redelijk niveau van aanvaardbaarheid en complexiteit van de interventie. De deelnemende coaches waren positief over alle kwaliteitsbeoordelingen van de interventie en ondersteunden de haalbaarheid van toekomstig onderzoek.

Daarbij valt in het bijzonder op dat:

1. De inhoud van de herinneringen niet onder woorden brengen toch tot grote effectgroottes hebben geleid. Het onthullen van de inhoud van de herinneringen is daarom mogelijk geen cruciaal ingrediënt van ImRs.
2. De thans gehanteerde perceptuele kenmerken zien en horen binnen ImRs uitgebreid zouden mogen worden met reuk, smaak, en gevoel en dat een gedachte ook te reconsolideren is. Dat kan de effectiviteit van de interventie verhogen.
3. Door de puntsgewijze aanpak binnen het MatriXemotiemodel (het aflopen van de zes perceptuele componenten) er sprake is van een korte en gedeeltelijke vorm van imaginaire exposure wat de MatriXmethode mogelijk minder belastend maakt. Waardoor het stabiliseren van de hulpvrager in aanloop van de therapie niet nodig is zoals bij veel traumaverwerkingstherapieën wel het geval is (Stöfsel, 2005) en decompensatie tijdens een MatriXsessie vrijwel niet voorkomt.

Je kunt hier de officiële publicatie bekijken (Engelstalige website).

Wil je een antwoord op een vraag?

We staan voor je klaar om jouw vragen te beantwoorden.